TRANSAE wil agro-ecologie ontwikkelen door te vertrouwen op een netwerk van baanbrekende Belgische en Franse boeren. De aanpak bestaat uit het begrijpen van de trajecten en praktijken van deze boeren om ze te versterken en om andere professionals te betrekken bij het project.Het project is ook gericht op het identificeren van de participerende benaderingen en ondersteuningsinstrumenten, geïmplementeerd partners, die het eigendom van agro-ecologische innovaties het best bevorderen.
Het vijf jaar durende project (2018-2022) verenigt 7 partners op het gebied van agronomisch en sociologisch onderzoek, territoriale ontwikkeling en landbouwontwikkeling in drie grensoverschrijdende regio's: Hauts-de-France (Frankrijk). ), Vlaanderen en Wallonië (België).
Dit programma wordt mede gefinancierd door het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO). Totale kosten: € 1.801.408,48 / EFRO-financiering: € 900.704,24
Agro-ecologie in de praktijk
Agro-ecologie wordt binnen het project gedefinieerd als een vorm van landbouw met eerbied voor mens en milieu die economisch slagvaardig is. Hierbij baseert men zich o.a. op de principes van de ecologische landbouw.
Onze visie op agro-ecologie is zowel technisch, als maatschappelijk van aard. We kijken telkens naar verschillende disciplines en niveaus (het landbouwbedrijf, de regio, de planeet). Hierdoor is het moeilijk om te komen tot één enkele volledige definitie. We opteren daarom voor verschillende kernwoorden: onafhankelijkheid, samenhang, veerkracht, systeemdenken, alsook een ecologische productie die rekening houdt met de stromen en de biomassa, die werkt met de biodiversiteit en die de fotosynthese optimaliseert.
Ons project wil zich niet zomaar richten op alle mogelijke agro-ecologische praktijken. Vóór de eigenlijke start van het project besloten we om onze inspanningen te focussen op twee centrale thema’s: 1) de bodem en 2) de autonome voederproductie. In de loop van het eerste jaar zullen we dit, samen met de betrokken landbouwers, verder verfijnen.
Voorbeelden van reeds vastgelegde praktijken:
Transaé zal zich vooral richten op de grote teelten en de rundveehouderij.
Ondersteuning en ontwikkeling van de transitie naar agro-ecologie
Ken de paden en versterk de landbouwpraktijken in agro-ecologie: laaglandtorens, training, monitoring en boerderijexperimenten
Maak de agro-ecologische praktijken van het gebied toegankelijk: technische publicaties, video's, open farms
Gedurende de 4 jaar van het project Transaé zullen de volgende prioriteiten uitgewerkt worden:
1) Begrijpen van het traject en het versterken van agro-ecologische landbouwpraktijken
Samen met de landbouwers die bij het project betrokken zijn, zullen we regionaal en grensoverschrijdend verschillende collectieve acties opzetten: delen van de duurzaamheidsdiagnose, bepalen van de toe te passen verbeteringen en proeven in de overige 3 jaar van het project, bespreken van de praktijken door middel van veldbezoeken, opvolgen van de proeven op de landbouwbedrijven en organiseren van vormingen.
2) Toegankelijk maken van de agroecologische praktijken binnen het gebied
Technische publicaties en video’s uitwerken zodat agro-ecologie bekender wordt en ook anderen toegang krijgen tot de verschillende praktijken. Vóór eind 2021 zullen er zes opendeurdagen georganiseerd worden.
3) Identificeren van ondersteunende praktijken die de overgang naar agroecologie bevorderen
Dankzij de analyse van de bedrijfsgeschiedenis en de evaluatie van de ondersteunende praktijken zullen we zorgen voor een gemeenschappelijke benadering van participatieve ondersteuning met landbouwers zodat de agro-ecologische innovaties gemakkelijker ingang vinden.
We baseren ons op de kennis van pioniers die ervaring hebben met innovatieve landbouwpraktijken. Onder ”pioniers” verstaan we landbouwers die reeds kennis maakten met agro-ecologie, maar die verder willen gaan en die hun ervaringen met anderen willen delen.
Voor de uitwerking van onze acties geven we de voorkeur aan een collectief of netwerk omdat dit ons het meest efficiënt lijkt te zijn. De netwerken zullen eerst regionaal opgestart worden en vervolgens (vanaf het 2de jaar) grensoverschrijdend verder werken. Ook de projectpartners zelf vormen een netwerk waarbij ze hun onderzoeks- en ondersteuningservaringen met elkaar delen en bespreken.
Op basis van de ervaringen, de kennis en de vragen van de pioniers willen we de huidige praktijken beter leren kennen en begrijpen, maar ook samen de nodige verbeteringen en innovaties bepalen die we grensoverschrijdend en collectief kunnen toepassen.
In samenspraak met de landbouwers(verenigingen) willen we dus de relevante acties en thema’s bepalen zodat we inspelen op hun bekommernissen en zodat er een kruisbestuiving kan zijn tussen de verschillende vormen van kennis (praktijkkennis van de landbouwers en wetenschappelijke kennis van de deskundigen).
Tijdens het project zal de wetenschappelijke kennis van de partners zorgen voor de ondersteuning van de collectieve acties (diagnoses, vormingen, proeven), alsook voor de wetenschappelijke onderbouwing van de praktijkkennis.
Alle landbouwers in de regio zullen op de hoogte gebracht worden van de resultaten en de vormingen zodat we werkelijk een dynamiek creëren die de transitie naar innovatieve agro-ecologie in de grensstreek actief ondersteunt.